EN FR
 

Uitstraling van het ZLJM-charisma in tijden van corona (vervolg)

26/04/2020

Engels-Ierse regio

De leiding van het ziekenhuis waar ik als pastor werk is in januari 2020 al begonnen zich klaar te maken tegen de mogelijk verwoestende aanval van het coronavirus.

In februari begon ik me de ernst van de ziekte te realiseren toen alle personeelsleden, mezelf inbegrepen, een opleiding kregen over hoe je beschermende kledij moest gebruiken, en tegelijkertijd het nieuws van de WGO doorkwam.

We moesten in die periode echt allemaal elkaar helpen. Bij veel personeelsleden sloeg de angst toe, ook bij gespecialiseerde artsen. Sommigen waren nu liever op een andere plaats geweest dan werkend in een ziekenhuis. Maar op een vreemde manier zit er in angst ook kracht en we hielpen elkaar omgaan met die angst. De woorden van aartsbisschop Desmond Tutu hielpen ons daarbij: ‘Allemaal ervaren we angst, maar als we dat inzien en onze angst erkennen, kunnen we haar omkeren in moed. Moedig zijn betekent niet dat je nooit bang bent. Het betekent handelen zoals moet, ook al ben je ontegensprekelijk bang.’

Als ziekenhuispastor werd ik vaak om een gebed gevraagd. Toen een toegewijd personeelslid dat met het virus besmet was, begon te genezen, zeiden velen dat ze opnieuw in de kracht van het gebed geloofden en ze spraken hun dank uit.

Iedereen hier draagt beschermende kledij. Die pakken zijn ongelooflijk lastig om te dragen en om in te werken. We moeten elkaar helpen met aankleden en, belangrijker nog, met het opnieuw uittrekken van zo’n pak. Want de angst om daarbij een besmetting op te lopen of door te geven is groot.

Mijn taken zijn tegenwoordig heel gevarieerd: elke dag de afdeling bezoeken, de ziekenzalving regelen voor patiënten, een steun zijn voor familie en voor personeel, zorgverstrekkers in hun beschermende pak helpen enz. We zitten samen in de boot en ondersteunen elkaar als collega’s.

Voor verpleegkundigen, artsen, sociaal werkers en pastores is het essentieel om liefdevolle zorg en meeleven te kunnen uitstralen naar patiënten en familie toe. Het is zo tegennatuurlijk dat we dit nu door die beschermende pakken niet kunnen doen zoals anders. Ze maken het zo moeilijk. Hoe krijg je oogcontact door een beslagen veiligheidsbril? Hoe patiënten en hun familie dit ervaren en wat zij van ons denken, is nog niet bekend. Maar het moet hen beslist angst inboezemen.

Een vriendelijk gebaar en een teken van bezorgdheid om de zorgverleners die hier in het ziekenhuis in de frontlinie staan, doet in deze koortsachtige situatie wonderen om het zware werk wat te verlichten. De mensen zijn zo edelmoedig: ze geven ons geld, brengen eten, bezorgen ons beschermingsmateriaal, waterkokers, koffiezetters, flessen water. Het personeel voelt zich gesteund. Al deze gulle gebaren maken hun het leven wat gemakkelijker.

In het ziekenhuis heeft het gebed nu een veel belangrijker plaats ingenomen in het geheel van steun en genezing. Om te beantwoorden aan de vraag heb ik een team opgericht, bestaande uit de plaatselijke priesters, de anglicaanse dominee, de bisschop en mezelf, om te bidden voor de mensen die met het virus besmet zijn. Ieder van hen was blij te kunnen deelnemen en op die manier het personeel een hart onder de riem te steken. We bidden in de ziekenhuiskapel, om de beurt, zodat er elke dag van de week iemand van het team aanwezig is. Dag en nacht brandt er een kaars als symbool van de solidariteit van het personeel met al wie ze in deze moeilijke omstandigheden tegenkomen. Veel zorgverleners hebben ons al verteld hoe ze zich gesteund voelen door dit gebed.

Ziekenhuisbezoek kan alleen nog bij mensen die in hun laatste uren zijn en het maakt tegenwoordig deel uit van de levenseindezorg. We kunnen maar twee familieleden per patiënt toelaten. Die moeten goed beseffen dat ze daardoor het virus kunnen krijgen. Ook moeten ze beschermende kledij dragen, wat hen vaak van streek brengt.

Ik heb elke dag contact met rouwende families die een geliefde verloren hebben aan COVID-19. De meesten vertellen hoe verdrietig ze zijn dat ze geen afscheid hebben kunnen nemen. Daarbij missen ze ook de rituelen van een begrafenis en de gebruikelijke steunbetuigingen van familieleden en vrienden. Ze voelen zich eenzaam en afgezonderd. Dit alles maakt het rouwproces lastig en verwarrend.

Dit vraag ik me af: wat wil het virus ons vertellen? Zullen we er de nodige lessen uit trekken? Misschien is het de natuur die nu luid en duidelijk tot ons spreekt.

Ik besluit hiermee dat ik in het moment van nu blijf. Want als ik naar de nabije toekomst kijk, waarvan ik weet dat de wetenschappers nog niet snel een vaccin zullen vinden en dat mensen blijven sterven, word ik bang.

Anderzijds vind ik dat onze overheid en ons medisch personeel met groot leiderschap het land door de crisis sturen. Ze houden ons dagelijks op de hoogte van hun plannen, van de gekozen richting en van de beslissingen die ze nemen om op de best mogelijke manier de aanbevelingen van de WGO op te volgen. Dit leiderschap wordt zeer gewaardeerd in Ierland. We voelen dat we in veilige handen zijn en dat er respectvol voor alle burgers wordt gezorgd.

Het is prachtig hoeveel steun ik krijg van mijn zusters in de regio. Dat geeft me veel sterkte voor mijn dienstwerk. Ik ben fier een zuster van liefde van Jezus en Maria te zijn en weet me op dit moment in de geschiedenis in solidariteit en hoop verenigd met al onze zusters in de wereld.

(ingezonden door zuster Mary Lalor)

Nieuws

Nieuws uit het generalaat

Nieuws uit het Generalaat


Om op de hoogte te blijven van onze activiteiten, gelieve ons uw e-mailadres achter te laten: